In memoriam Ton van Bemmel
In de Gouwe Koerier van 28 oktober stond een overlijdensbericht van Ton van Bemmel (31 december 1945 – 18 oktober 2020).
Bijgaand mooie woorden die het bericht een diepe betekenis gaf. Woorden van Bob Dylan, een van Ton’s muzikale helden, in herhinnering:
The tree of life is growing where the spirit never dies
and the bright light of salvation shines in dark and empty skies.
Wie was Tom van Bemmel? Dat weten wellicht alle vroegere abonnees van Country Gazette zich nog te herinneren. Ton was een van de redactieleden van de Boskoopse Courant, voorloper van de Gouwe Koerier. Hij vulde daar de (lokale) sportpagina’s en zorgde voor het nieuws uit eigen omgeving. Hij stond aan de voet van de oprichting van Country Gazette (1973) en verzorgde gedurende de hele periode (tot juni 2008) zijn rubriek In de Marge.
Ik ontmoette Ton af en toe nog tijdens wandelingen over het Heempad en zag dat het niet goed met hem ging. Een markant man in de journalistiek is niet meer. De herinneringen blijven.
Altijd midden in de nacht en achterom door de keuken…
Het is de koptekst van zijn afscheidsartikel in de laatste uitgave van Country Gazette nummer 368 (1973-2008 35 jaar Country Gazette). De woorden die Ton in het laatste nummer schreef brengen ons die mooie tijd in herinnering terug. Hierbij delen van dit artikel in CG uit juni 2008.
Countryrock en westcoastmuziek.
Het was in het voorjaar van 1973 toen Hans van Dam de redactie van de Boskoopse Courant binnenwandelde met de mededeling dat hij een countryblad wilde beginnen en daarbij wel wat publiciteit kon gebruiken. Hans, een geboren Stolwijker die in de boomkwekerijsector werkte en daar sinds 1970 ook woonde, was een bekende op de redactie omdat hij ook weleens publiciteit vroeg voor de Folkkring Rotterdam, waar hij met Janny muziekavonden organiseerde. Een van de activiteiten was volksdansen, een dansgroep werd opgericht in Waddinxveen (Veselka) een groep die inmiddels (zonder Hans en Janny) binnenkort 47 jaar bestaat (2021). Hans had al min of meer een scenario, compleet met rubrieken, wat er zoal in dat muziekblad zou moeten komen. Daar ik ook toen al veel met muziek had en, zowel in de plaatselijke krant als in het regionale dagblad Rijn & Gouwe en voor het fanclubblad van de Cats, regelmatig over muziek schreef en onder meer plaatrecensies maakte, vond ik het een goed idee en heb ik meteen gesolliciteerd om medewerker te worden. In de eerste plaats omdat muziek toen al mijn grootste hobby was en omdat ik het belangrijk vond dat er in het blad ook aandacht zou worden besteed aan de begin jaren70 opkomende stroming van de countryrock en westcoastmuziek. Aandacht dus voor de eigentijdse artiesten die veelal voortkwamen uit de rock- en folkmuziek alsmede de hippiebeweging. We hebben het dan over The Byrds, Flying Burrito Brothers, Eagles, Poco, Emmylou Harris, Linda Ronstadt, Jackson Browne, Bob Dylan en de grondlegger van de countryrock, Gram Parsons.
In de Country Marge…
Countryrock, bluesrock en singer/songwriters zijn altijd onder die noemer mijn ding geweest.
Vanaf het prille begin tot het nu ‘jammerlijke’, maar begrijpelijke einde van Het Blad, zoals Hans en ik er altijd met elkaar over zijn blijven spreken. Dat ik de “Marge” 35 jaar lang met veel plezier zou blijven doen – in de beginjaren met geestverwanten als Wim Bloemendaal, Jaap Loef en Peter Schamp, had ik nooit kunnen bedenken. Het is als een vanzelfsprekendheid altijd doorgegaan en een soort verslaving geworden, waarvan ik nu zal moeten afkicken. In het begin, toen ook Cor Sanne en Jaap Loef mede de redactie vormden, mocht ik die ook weleens bijwonen. Later werd het vergaderen minder en zorgde Hans efficiënt voor de coördinatie en iedereen deed zijn rubriek.
Nachtmensen…
Als Boskoper en wonend in de buurt van de redactie van Country Gazette heb ik in de tijd van die goeie ouwe schrijfmachine mijn kopij altijd bij Hans thuis gebracht. Meestal midden in de nacht, tussen twaalf en twee. Dat vormde geen probleem, want Hans is net als ik een nachtmens. Als het half 2 zou worden (in gevecht met de ‘deadline’) belde ik even dat het wat later werd. We bleven vaak nog een half uurtje kletsen. Hans kon je uittekenen achter zijn schrijfmachine, eerst zo’n ouderwetse rammelaar, later een elektrische Brother. Meestal lag de vloer vol met kopij. Van de ene naar de andere kant van de kamer zag je een nieuwe Country Gazette in wording. Het was één lang lint van A-viertjes met artikelen en advertenties, voorzien van plakkertjes van wat nog ontbrak.
Door de keuken…
En altijd achterom! Door de achtertuin de keuken in en via een stukje van de gang naar binnen.
Ik ben in die 35 jaar nooit door zijn voordeur binnengekomen. Dat was ook nauwelijks mogelijk omdat bomen- en varenliefhebber Hans een enorm ‘bos’ voor zijn entree had, waar krantbezorgers en postbodes ‘bij wijze van spreken’ zich bijna met een kapmes een weg moesten banen.
Door de komst van e-mail zijn die nachtelijke bezoekjes aan huize Van Dam wel minder geworden.
Omdat we inmiddels beiden van de VUT genoten haalde ik de te bespreken CD’s de laatste jaren meestal gewoon overdag op. We zullen het blad missen, ik zal het blad missen, maar Hans en Janny van Dam zullen altijd Mr. & Miss. Country Gazette blijven. Af en toe blijf ik gewoon achterom langskomen om over muziek en Boskoopse muziek te bomen.
Ton van Bemmel, medewerker van het eerste uur, heeft mede dankzij Country Gazette zijn kennis over muziek en artiesten aanzienlijk kunnen verbreden en er een geweldige hobby aan gehad.
Naschrift (Hans): Ton kwam vaak binnen met een sigaret in de mond, aanleiding voor ons om een anti-rook sticker op de deur te plakken. Dat kon de geur van sigarettenrook tijdens zijn bezoeken niet wegnemen. Sindsdien is niemand meer rokend in ons rookvrije huis geweest. De niet te verwijderen sticker herinnert ons aan de vele mooie gespreken die we met Ton hadden en dat zal zo blijven.
|